Deze maand

Bastiaan Bommeljé

Ook deze maand, zo dient deemoedig te worden vastgesteld, lukte het wederom niet om te ontkomen aan het moderne leven. Op talrijke momenten bleek de werkelijkheid immers dermate overweldigend, en dan bedoel ik overweldigend grappig, dat de complexiteit van de existentie zich als vanzelf oploste tot één glasheldere vraag die het hoofd volledig in beslag nam. Aldus stonden wij deze maand oog in oog met het probleem welk boek de situatie van de moderne mens nu scherper in beeld brengt: is dat Nineteen Eighty-Four (ook bekend als 1984) van George Orwell of toch Brave New World van Aldous Huxley?

Het valt moeilijk uit te maken wat een hoofdrol speelde bij de wording van dit vraagstuk. Was dit het ‘Correspondents Dinner’ (een macabere mengeling van in smoking gehulde journalisten en een moppen tappende premier die tezamen een collectief verraad van hun beroepseer pleegden)? Of ging het om de show met lichtbeelden ‘Onze economie groeit weer!’ van het Centraal Bureau voor de Statistiek (dat te midden van het geraas der ineenstortende winkelketens meer leek op een onzinnige musical)? Of kwam alles voort uit het Nieuwe Beleidsplan 2017-2020 van het Letterenfonds (waarin de zin ‘de afgelopen jaren kenmerkten zich door ingrijpende veranderingen’ nog het meest memorabel was)?

Hoe dit ook zij, het kernprobleem van deze maand is geenszins oninteressant, en niet zonder belang daarbij is dat Nineteen Eighty-Four in 1948 en Brave New World in 1931 werd geschreven. Dat was ver voordat onze identiteiten als digitale handelswaar werden opgeslurpt, ver voordat de ‘verplichte quotes’ in interviews werden aangeleverd door afdelingen Communicatie waar de ver-bositeit zich beperkt tot ‘inspiratie’, ‘beleving’ en ‘innovatie’, en ver voordat beleidsnota’s van de Rijksoverheid als video’s op Facebook aan de man werden gebracht (ik doel op ‘Ruimte voor Cultuur: cultuurbeleid 2017-2020’, een opgewekt animatiefilmpje van het ministerie van OCW uit 2015, dat mij meer angst aanjoeg dan The Texas Chainsaw Massacre en Poltergeist bij elkaar).

Dat de onderhavige boeken de totalitaire verlamming van de menselijke geest door een opgedrongen staat van collectief welzijn voorzagen, maakt ze tot meesterwerken. De romans wezen ver voor onze huidige staat van geestelijke knechtschap op het pijnlijke besef dat wijzelf de grootste bedreiging vormen voor onze vrijheid. De angst voor vrijheid kent vele vormen, maar typisch voor onze tijd is wel de vlucht in kinderlijkheid. Geen wonder dat wij in onze digitale levenswijze als kinderen worden aangesproken (‘geef nu je identiteit voor een optimale beleving’). Geen wonder dat de media ons behandelen als kinderen (‘vijf dingen die u moet weten over de Zwarte Pieten-kwestie’). Geen wonder dat wij ernaar hunkeren om eeuwig als kinderen te worden behandeld.

Jong-zijn is nu het lifestyle attribuut van de klasse der bewust onvolwassenen, de kidults, de Frankenstein-achtige mengvorm van kids en adults. Intellectuele volwassenheid wordt als griezelig idee op afstand gehouden door twitter en YouTube. Net als voor de burgers van de Nieuwe Wereld die Huxley beschreef, is het doel van de moderne mens de eigen lege leukigheid, en niets anders. Het goede en verontrustende antwoord is derhalve Brave New World. – BB