Deze maand

David Garvelink

Deze maand bewees het boek haar hardnekkige aantrekkingskracht. In een Amsterdamse niet nader te noemen boekhandel snuffelden liefhebbers als bezetenen door honderden dozen overcompleet boekenarchief van literaire uitgeverijen. Zuurpruimen vinden wellicht dat die literatuurminnaars zich als bloeddorstige hyena’s volvraten voor een habbekrats, maar dat perspectief is zwartgallig: de opbrengsten gingen immers naar een goed doel.

Toch lijkt die hoofdstedelijke schranspartij uitzonderlijk gezien het slinkende draagvlak voor het boek als autonome kennisdrager en object d’art. Naar die verminderde waardering handelen sommige uitgeverijen door de waardepropositie van boeken te ondersteunen met een cyclische multichannelmarketing die in optimale vorm functioneert als autarkisch publiciteitsecosysteem. Achterliggend idee is dat marketing kopers herhaaldelijk moet overspoelen teneinde die richting boekaanschaf te bewegen.

Zulke marketing over het maximale aantal schijven heeft een wrange bijsmaak voor puriteinen. Die ervaren het als de zoveelste knieval aan een onverschillig publiek en bovenal aan de immer verfoeide commercie. Zo bekeken is het boek als blauwvintonijn in een viskraam gelegd naast de kibbeling (podcasts) en bokking (blogs) om vervolgens luidkeels en kakofonisch te worden aangeprezen door veertien marktkoopmannen met megafoons (sociale media).

Tegenhanger van die vloedgolfmarketing is het van commercie verstoken verzet tegen de onverschilligheid en ontboeking in de vorm van de neem-een-boek-geef-een-boek-bibliotheken. Uit die houten kastjes tegen de buitenmuren van introverte boekverspreiders spreekt een oprechte overtuiging van de originele waarde van boeken als wenselijke kennisbron.

Maar dit is niet een rancuneuze bibliofiele jammerklacht tegen moderne promotiemiddelen. Toegegeven, het is evenmin een slinkse indekking voor kritiek op een binnenkort te lanceren Hollands Maandblad-podcast. Op haar best is dit redactioneel een oproep aan consumenten om een krachtig non-verbaal statement te maken door boeken te (blijven) kopen en koesteren. Geef dat ambachtelijke product bovendien alle ruimte tussen de huisraad – Marie Kondo is een valse opruimprofeet – teneinde openlijk de meerwaarde van een belezen levenswandel uit te dragen.

En mocht u onverhoeds de Hollands Maandblad-redactie aantreffen in bovenstaande boekhandel, grasduinend naar een handboek over hoe de promotie van literaire tijdschriften zelfvoorzienend te maken zonder antimarketingdogmatici te krenken, besef: evenals een ongelezen boek blijft een literair tijdschrift waardeloos zolang het niet kan worden verslonden door hyena’s. – D.G.