Deze maand

Allerzielen 2023 is een ware literaire jubileumherdenking als we het hele jaar nemen. Couperus in juli, maar laten we Marcellus Emants niet vergeten, deze maand eveneens de honderdste sterfdag. Kafka (140ste geboortedag; geboorte- en sterfdag is in dit geval wellicht inwisselbaar, de boodschap is hetzelfde: leve de schrijver!), De Maupassant (130ste sterfdag), Fante (40ste sterfdag), Fallada (130ste geboortedag), Pessoa (135ste geboortedag) en zo’n beetje de halve Italiaanse canon: Leopardi, Manzoni, Svevo en Saba. Waarom deze namedropping? Volgens een joods principe moet je de namen blijven noemen; als een naam niet meer wordt genoemd treedt de dood werkelijk in.

Ook boeken kennen een geboortejaar, en ze sterven als ze niet meer worden gelezen. Inmiddels leven we zoals bekend in tijden dat boeken worden vernietigd omdat de interesse er niet meer is, om plaats te maken. Heine schreef zoals genoegzaam bekend dat waar men boeken verbrandt uiteindelijk ook mensen verbrandt. De moderne tijd: vernietiging door uitholling – uiteindelijk. The war on books. Wat hier tegenover te stellen? Zélf een vernietigd boek worden; wat gaat het ons aan dat wij niet meer worden gelezen? Wij transcenderen; dat de woorden ons in de mond mogen besterven in tijden van geklets, waarbij het verschil tussen spreken en zwijgen definitief is opgeheven, te weten: het internetfilmpje, dat luidruchtig gedeeld dient te worden in de trein. Wordt het wat dat aangaat overigens niet eens tijd, zoals een vriend opmerkte, om het recht op stilte in de grondwet op te nemen? Ach, laten wij in stilte dicteren.

Enfin, de Triëstijnen Italo Svevo en Umberto Saba jubileren dubbel, want De bekentenissen van Zeno verscheen 100 jaar geleden evenals Saba’s autobiografische cyclus, iets waar ik tot mijn aangename verrassing achter kwam toen mijn reis naar Triëst al was geboekt – bestaat er zoiets als een literair geïnspireerde samenzwering van boven? Goede reden om te herlezen. Bij Svevo dacht ik nu, wacht even: ‘La coscienza di Zeno’, dat is toch: ‘Het geweten van Zeno’? Tegenwoordig worden vertalers hogelijk geprezen, en terecht, zoals alle uitgebuitenen geprezen dienen te worden, maar je moet hen ook goed in de gaten houden voor zover mogelijk. Schrijvers zijn soms zwendelaars zoals bekend, maar dat is relatief openlijke zwendel, wat te denken van een vertaling uit het Turkmeens? Wie checkt dat? Een zaak van goed vertrouwen misschien; als je van dergelijke aangelegenheden wakker moet gaan liggen, dan kom je in dit leven nooit meer aan slapen toe, en wat is er mooier in dit leven dan slapen? Zie hiervoor ook het stuk van Annelies van Hees; niet over de zegeningen van het slapen, maar over het vertalen.

Volgende maand meer Triëst, voor nu gaan we er bijna uit met Saba’s dichtregel over zijn eigen boekwinkel in de Via San Nicolò, die nog steeds bestaat, maar tijdens mijn verblijf gesloten was wegens ziekte: ‘Doden vragen aan een dode om dode boeken.’ Misverstand is dat de doden niet doorgaan met leven, dat doen ze wel degelijk, met een grijns op het gezicht. ‘Het stelt niet veel voor, doodgaan,’ zei Svevo tegen zijn familieleden, ‘het is gemakkelijker,’ zei hij glimlachend, ‘dan een roman schrijven.’ Net als Triëst is de dood even actueel als oneigentijds, dus dode boeken ook – en dode tijdschriften voegen we daar stilzwijgend aan toe. Stilte: nieuwe stemmen vernemen.