Kindertelefoon

Marieke Lucas Rijneveld

Marieke Rijneveld


Problemen zijn net taxushagen, zei de man aan de lijn, die moet je

snoeien voordat ze je boven het hoofd groeien. En ik zag hem voor

me met de heggenschaar in de hand, klaar voor de slag, ik voelde

de tranen in mijn oogkassen branden: hij was de tuinman van mijn


angsten. Alles wat overwoekert, is onkruid, probeerde daarom met iets

kleins te beginnen, over dat ik graag een kat of anders een cavia zou

willen, iets wat ik kan aaien als mijn hand de warmte van een lichaam

zoekt, dat ik soms zo slis dat niemand me wil verstaan, alsof ik in de


woestijn sta en roep om een glas water. Behalve als ik scheld met homo,

enkel om te verbloemen dat ik zelf stiekem van jongens met krullen houd,

nachtenlang voetbal ik met ze en denk aan tongen. Verdriet zei de man

toen, zit vaak in het wroeten van de aarde terwijl je er eigenlijk iets hoort


te zaaien. Ik liet een stilte vallen, mijmerde over hoe ik gisteren iemand op

het schoolplein in zijn buik trapte, gewoon uit verveling, daar krijg je losse

benen van, niets aan te doen. Nu ben ik geschorst, zit op mijn kamer met

het verlangen naar een kat of cavia, een jongen met krullen. En zoveel


vragen meneer aan de lijn: waarom ben ik eigenlijk op aarde? Waarom

zitten er gaten in donuts? Waarom raken slakken nooit in de war van hun

tweeslachtigheid? Waarom ben ik zo snel boos? Ik voel me als Mario uit

het computerspel: als ik ergens tegenaan loop word ik een kopje kleiner.


Soms fluister ik in bed tegen mezelf: Loser. Huilebalk. Homo. Apenkop.

Halvegare. Alles dus wat ik ook tegen een ander zeg, en dan wil ik het

liefst dood. Waar het begon? Op een dag zat ik in de klas, keek naar

mijn lievelings-Disneytrui en dacht: ben ik hier niet te oud voor? Ineens


kriebelde hij aan alle kanten, leek hij gekrompen en zonder het te

beseffen, was ik uit mijn kindertijd gegroeid, uit mezelf. Ik had niet eens

de kans om afscheid te nemen. Vanaf toen schreef ik niet meer binnen de

lijntjes en werd ik een hanenpoot, schots en scheef sta ik in dit bestaan.