Gedichten

Fred Papenhove

Brief aan mijn broer Ruud in de hemel boven Den Haag

je vertrok in de nacht met de deurhengsels geolied

terwijl ik me omdraaide in mijn slaap


het water van de Haagse Beek was rusteloos is

me verteld


je bestaat nu uit herinneringen


praat tegen je wanneer ik door

de stad fiets terwijl huizen en plekken voorbijgaan waar

je ademde


vaak ging je met gestrekt been het leven in waarom blijft

een raadsel


in een zeldzaam soort van helder zie ik je voor me


Zij

we verlangen naar mensen die

voor iedereen opzijgaan geen vlieg

kwaad doen geen duistere opwellingen

hebben wiens broosheid boekdelen

spreekt

            wat maakt dat zij zo zijn